De Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv)
Een verkeersboete wordt een Mulderboete genoemd als deze is opgelegd op grond de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). Omdat dit een lange naam is, en de wet bedacht is door de heer Mulder, zijn deze boetes in de volksmond Mulderboetes gaan heten. Als iemand verwijst naar de Wet Mulder, dan verwijst iemand dus naar de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften.
De Mulderboete
Een Mulderboete is een boete voor een veelvoorkomende verkeersovertreding die niet al te ernstig is. De wetgever bepaalt vooraf wanneer een boete ernstig is of juist niet al te ernstig. Bij een niet al te ernstige verkeersovertreding, waarbij geen schade of letsel is ontstaan, wordt een Mulderboete opgelegd. Bij een Mulderboete is het Strafrecht niet van toepassing. De boete komt dus ook niet op je justitiële documentatie (strafblad). Het is een bestuursrechtelijke boete waardoor de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is. Dit heeft wat gevolgen, onder meer voor het aanvechten van de verkeersboete. Bent u het niet eens met de boete van het cjib? Lees dan gauw verder.
Wet Mulder Boete
Omdat het bestuursrecht van toepassing is, gelden er een aantal voorwaarden. Zo dien je als burger zélf op tijd bezwaar te maken tegen de boete. Als je dat niet doet, staat de boete onherroepelijk vast. Ook als de boete achteraf onterecht blijkt te zijn, kun je niks meer doen. Het is dus belangrijk dat een Mulderboete tijdig, dat wil zeggen binnen 6 weken, wordt aangevochten. Het aanvechten van de boete is geheel kosteloos.
Wat verder belangrijk is, is dat je zelf de argumenten moet aandragen waarom de boete onterecht is opgelegd. Alleen die argumenten hoeven door de rechter te worden beoordeeld. Niet-aangevoerde argumenten worden door de rechter niet beoordeeld, ook als de boete onterecht opgelegd blijkt te zijn. We zullen dit duidelijk maken aan de hand van een voorbeeld.
Een BOA van de gemeente is niet bevoegd om een boete op te leggen voor het rijden met een kapotte autoruit. Stel dat een BOA tóch een boete oplegt, dan stuurt het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) de boete wel gewoon op. Als je niet binnen 6 weken in bezwaar gaat, dan staat de boete vast. Ook als de boete dus onbevoegd is opgelegd.
Stel nu dat je wel tijdig in bezwaar gaat en je ontkent dat je met een kapotte autoruit hebt gereden. De rechter hoeft dan alleen te kijken of is komen vast te staan of je wel (of niet) met een kapotte autoruit hebt gereden. Als de rechter tot de conclusie komt dat je wel degelijk hebt gereden met een kapotte autoruit, dan zal hij het beroep ongegrond verklaren (het beroep is daarmee afgewezen). Je hebt de zaak dan verloren. Het is dus belangrijk dat je zelf – onder verwijzing naar relevante wet- en regelgeving – in het beroepschrift opneemt dat de BOA niet bevoegd was om een boete op te leggen. Alleen dan kun je de zaak winnen. Kennis van het recht is dus noodzakelijk
Beroep bij de officier van justitie (eerste fase)
Stel dat je een bekeuring hebt gehad van de politie voor het rijden over een busbaan, terwijl je in een personenauto reed. De agent van de politie is dan degene die de bekeuring heeft opgelegd. Deze kan worden aangevochten bij de officier van justitie. De officier van justitie is iemand anders dan de agent die de bekeuring heeft opgelegd. Om die reden spreken we van ‘administratief beroep’ in plaats van een ‘bezwaarschrift’. In de wet is namelijk neergelegd dat een bezwaarschrift moet worden ingediend bij de persoon die ook het besluit heeft genomen, dat is in dit geval de politieagent. Omdat in de ‘Wet Mulder boete’ is neergelegd dat je alleen bij de officier van justitie een bekeuring kan aanvechten, spreken we van administratief beroep (bij de officier van justitie). Gedurende deze (eerste) fase heb je uitstel van betaling. De boete hoeft niet betaald te worden, maar dit mag wel. Het betalen van de boete betekent niet dat je schuld hebt erkend.
De officier van justitie zal de aangevoerde argumenten beoordelen en vervolgens binnen 16 weken een beslissing nemen. Deze termijn kan de officier van justitie verlengen met 10 weken. In totaal heeft de officier van justitie dus 26 weken (een halfjaar) om te beslissen.
Beroep bij de kantonrechter (tweede fase)
Binnen 6 weken nadat de officier van justitie uitspraak heeft gedaan, kan beroep worden ingesteld bij de kantonrechter. In beroep bij de kantonrechter geldt er een strikte eis: er moet zekerheid gesteld worden. Dat betekent niets meer dan dat de boete vooruitbetaald moet worden. Bij boetes die hoger zijn dan € 234,= is de zekerheidstelling beperkt tot het bedrag van € 234,=. Stel dat je dus een boete van € 300,= opgelegd hebt gekregen, hoef je ‘maar’ € 234,= te betalen als ‘voorschot’. Als je dit niet doet, dan heb je de zaak gelijk verloren bij de kantonrechter. Dat zou dus echt zonde zijn. Alleen als je écht niet kan betalen (én dit kunt aantonen bij de rechter) kan de zekerheidstelling door de rechter worden verlaagd. Dit moet op tijd aan de rechter worden doorgegeven.
De kantonrechter is verplicht om een zitting te organiseren. Als je zelf beroep hebt ingesteld dan krijg je zelf die uitnodiging om te verschijnen. Als je het aanvechten van de boete hebt uitbesteed aan Adviesbureau Skandara, dan krijgt Adviesbureau Skandara een oproep om te verschijnen bij de kantonrechter. De kantonrechter zal de aangevoerde argumenten beoordelen en kijken of de officier van justitie zijn werk goed heeft gedaan. Als de zaak gewonnen wordt, zal het betaalde bedrag van de mulderboete worden terugbetaald op het bankrekeningnummer waarmee de boete is betaald.
De kantonrechter heeft geen beslistermijn waar hij zich aan moet houden. Doorgaans worden beroepen bij de kantonrechter binnen een jaar afgedaan.
Hoger beroep bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (derde fase)
Tot slot kan (binnen 6 weken nadat de kantonrechter uitspraak heeft gedaan) hoger beroep worden ingesteld tegen de beslissing van de kantonrechter. Dit kan alleen als de boete – nadat de kantonrechter de zaak heeft beoordeeld – hoger is dan € 70,=. Als de kantonrechter de boete heeft gematigd tot € 50,= dan is hoger beroep instellen niet mogelijk.
In principe is de fase in hoger beroep geheel schriftelijk, tenzij je vraagt om een mondelinge behandeling. Als je hebt gevraagd om een mondelinge behandeling, dan krijg je een oproep om te verschijnen in Leeuwarden, waarbij je het beroep kunt toelichten. De raadsheer (rechter in hoger beroep) beoordeelt of de kantonrechter een goede beslissing heeft genomen.
De raadsheer heeft geen beslistermijn waar hij zich aan moet houden. Doorgaans worden hoger beroepen binnen anderhalf jaar afgedaan.
Adviesbureau Skandara vecht gratis Mulderboetes aan
Wij snappen dat niet iedereen juridisch onderlegd is. Het is voor een leek lastig te doorgronden of een BOA nu wel of niet bevoegd is, of dat er andere redenen zijn om de boete van tafel te krijgen. Om die reden is Adviesbureau Skandara in het leven geroepen. Je kunt de boete bij ons uploaden, zodat wij gratis voor je beoordelen of de boete terecht is opgelegd. Ook doorlopen wij kosteloos alle stappen en gaan wij voor je naar de zitting bij de kantonrechter of in hoger beroep. Wij ontzorgen je volledig voor wat betreft het aanvechten van de boete. Kortom; Als u het niet eens bent met de boete, bel Skandara!
Wil je er zelf ook graag bij zijn? Dat kan, maar laat ons dit dan direct weten bij het uploaden van de boete.